In 1935 schonk de Rotterdamse Erasmusstichting uit de nalatenschap van oprichter, natuurkundige en verzamelaar Dr. Elie van Rijckevorsel (1845-1928) een koloniaal meubel afkomstig uit Nederlands-Indië aan het destijds net geopende Museum Boymans. Deze betaalmeesterskast of comptoir dateert uit het einde van de zeventiende eeuw, uit de tijd van de Verenigde Oostindische Compagnie (VOC). In de negentiende eeuw is hoogstwaarschijnlijk in opdracht van Van Rijckevorsel het zilveren beslag op de kast aangebracht, mogelijk ter vervanging van het oorspronkelijke beslag van koper. Het zilveren beslag bestaat uit twee sleutelplaten en twaalf scharnieronderdelen en is gemerkt met zilvermerken van de Firma C.J. Begeer en een zwaardje als keurteken. De kast werd door Van Rijckevorsel samen met enkele andere koloniale meubelen tentoongesteld op de Internationale, Koloniale en Uitvoerhandel Tentoonstelling in 1883 in Amsterdam.
De interesse van Van Rijckevorsel voor deze meubelen ontstond tijdens zijn wetenschappelijke onderzoeksreis naar Nederlands-Indië (1873-1878). In december van het jaar 1873 vertrok hij naar de Indische archipel, waar hij op meer dan honderd plaatsen meteorologisch onderzoek verrichtte. Dat hij tijdens deze reis niet alleen zijn wetenschappelijke waarnemingen registreerde, blijkt uit zijn nauwgezette observaties die hij publiceerde in Brieven uit Insulinde (1878) gebaseerd op de brieven aan zijn moeder. Zo is Van Rijckevorsel te volgen tijdens zijn bezoek aan de gevierde schilder Raden Saleh (1814-1880) op Buitenzorg (het tegenwoordige Bogor op West Java). Prins Raden Saleh was afkomstig uit een oud Indisch regentengeslacht, die in zijn jonge jaren in Nederland schilderlessen volgde bij Cornelis Kruseman en Andries Schelfhout. In het huis van Raden Saleh op Buitenzorg viel Van Rijckevorsels oog op diens interessante collectie erfgoed, waaronder een aantal koloniale meubels.
Tijdens haar lezing vertelt conservator Alexandra van Dongen over de biografie van deze koloniale kast, en de manier waarop Museum Boijmans Van Beuningen met het onderzoeksproject Unpacking Boijmans. Het koloniale verleden en de collectie voorwerpen uit de eigen verzameling onderzoekt, exposeert en deelt met het publiek.
Over Alexandra van Dongen
Opgeleid als museoloog (Reinwardt Akademie) en kunsthistoricus (Rijksuniversiteit Leiden) werkt Alexandra van Dongen sinds 1986 in Museum Boijmans Van Beuningen te Rotterdam, vanaf 1992 als conservator. Ze is specialist op het gebied van oude kunstnijverheid, historische vormgeving en de materiële cultuur van het dagelijks leven (15de-19de eeuw). Haar onderzoeks- en tentoonstellingsprojecten lopen uiteen van het object als schildersmodel (ALMA project) en het koloniale verleden en de collectie (Unpacking Boijmans). Enkele van haar recente publicaties zijn: Alexandra van Dongen en Liane van der Linden, ‘Een verhaal zonder einde. Koloniale collecties in Rotterdam’, in: Het koloniale verleden van Rotterdam, Gert Oostindie (red.), 2020, pp. 323-392; Dichter bij Vincent. Alledaagse voorwerpen in het werk van Vincent van Gogh (2022) en Manon Henzen, Alexandra van Dongen, Arnold Carmiggelt, John Tholen, Een culinaire tijdreis. 1000 jaar koken in Rotterdam, 2024.