Hensbeker van het Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden
Dit jaar is het 350-jarig jubileum van de Oude Hollandse Waterlinie, een waterlinie die in 1672 (ook wel het Rampjaar genoemd) werd opgericht ter verdediging van Holland tegen de Fransen. Het jubileum van dit Rampjaar vormt de aanleiding voor een kleine expositie in het museum, waarin we drie hensbekers centraal zetten van enkele Hoogheemraadschappen die destijds betrokken waren bij de waterlinie en de verdediging van Schoonhoven in het bijzonder.
Een van de hensbekers is voor het eerst voor publiek te zien. Het is de hensbeker van het Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden. Twee verre voorgangers daarvan zijn Hoogheemraadschap van de Lekdijk Bovendams en Hoogheemraadschap van de Lekdijk Benedendams en de IJsseldam. Voor deze laatste werd de hensbeker vervaardigd in 1682 door de Utrechtse zilversmid Thijmen van Leeuwen. Van hem is ook de beker van het kapittel van St. Marie te Utrecht, dat in de collectie van het Rijksmuseum is opgenomen.
Op de cuppa van de beker zijn twee schilden aangebracht. Op de ene is te lezen: ‘Dijkgraaf en de Hoogheemraden van den Lekken Dijk Benedens Dams Ao 1682.’ Daaromheen zijn de familiewapens van de zeven hoogheemraden en de secretaris. Bovenaan pronkt het wapenschild van de dijkgraaf, Hendrik Jacob van Tuyll van Serooskerken . De familie bewoonde toen Slot Zuylen.
Het andere schild bevat de tekst ‘Heer Rudolph van Diepholt Anno 1454.’ Dit is de bisschop die ook bovenop het deksel prijkt. Hij verleende de tweede dijkbrief aan het Hoogheemraadschap van de Lekdijk Benedendams en de IJsseldam.
Hensbekers vorm(d)en een kostbaar bezit van de Hoogheemraadschappen. Ze werden alleen bij bijzondere gelegenheden gebruikt, zoals de inauguratie van een nieuw bestuurslid. De beker werd dan gevuld met wijn en de nieuweling moest dit opdrinken. Soms werd daar ook een tekstje bij opgezegd. Maar ook wanneer een bestuurslid te laat kwam bij een vergadering, dan kon hij ‘veroordeeld’ worden om de beker in één keer leeg te drinken.
Het woord hensbeker stamt af van het woord ‘hanze’, wat ongeveer groep, gilde of bondgenootschap betekent. De bekers van de Hoogheemraadschappen hadden tot doel om verbroedering van de leden te stimuleren. Een goede samenwerking tegen het water was, en is, nog steeds heel belangrijk.