Een rammelaar ter ere van de geboorte van prinses Juliana

Nederland was in rep en roer vanwege de geboorte van prinses Juliana op 30 april 1909. Het was gebruikelijk dat pasgeboren prinsen en prinsessen een rammelaar kregen aangeboden. Juliana kreeg er maar liefst twee. De ene was een bolvormige rammelaar met een handvat en was versierd met briljanten, smaragden en belletjes. Deze werd vervaardigd door H.E. Oving Bzn te Groningen en werd aan Juliana geschonken door de vrouwen van de stad Groningen. De tweede rammelaar was een geschenk van de Franse stad Orange en had de vorm van sinaasappel.

Om de koninklijke geboorte te vieren zette het dagblad De Courant een actie op touw rondom de rammelaar. Aan ouders die op dezelfde dag als de koningin een kind kregen, werd een rammelaar beschikbaar gesteld. Deze rammelaar verbeeldde een oranjeboom. Het handvat verbeeldde de stam met wortels. Daarboven zie je een schermvormig bladerdak met oranjeappels, waaraan acht bellen hangen. Op het bladerdak bevinden zich vier medaillons. Het eerste is een rond kader met daarin het monogram van Wilhelmina en Hendrik, de ouders van Juliana. Het tweede is eveneens een rond kader met daarin de datum 30 april 1909. Het derde medaillon is een ovaal kader met daarin de tekst “aangeboden door dagblad De Courant”. Het laatste medaillon heeft ook een ovaal kader en werd opengelaten, zodat daarin de naam van pasgeborene gegraveerd kon worden. In het exemplaar van het Nederlands Zilvermuseum staat in dat kader de naam “F.L. v. Dijl”.

In De Courant van 8 juni 1909 is een lijst te vinden van personen die een rammelaar toegestuurd zouden krijgen. Het merendeel van deze kersverse ouders kwam uit Amsterdam. Bijna onder aan de lijst vinden we de naam H.J. van Dijl, wonende aan de Kl. Wittenburgerstraat 69. Dit zal Hendrik Jan van Dijl zijn geweest, de vader van de pasgeborene. Samen met zijn vrouw Maria Petronella Anna Gerarda Muller kreeg hij op 30 april 1909 een zoon: Frederik Leopold van Dijl, ook wel Frits genoemd. Het was Frits die de rammelaar in 1964 aan het museum schonk “ter gelegenheid van de 55ste verjaardag van koningin Juliana.”

Ondanks dat er in de lijst uit 1909 meerdere namen worden genoemd van mensen die een rammelaar toegestuurd zouden krijgen is mij slechts een ander exemplaar bekend. Deze bevindt zich in de Collectie Keijser. Dat is een verzameling van ca. 900 rammelaars, bijeengebracht door Heinz Keijser, over wie het Joods Museum momenteel een tentoonstelling heeft. Deze tentoonstelling is nog te zien t/m 6 juni. Ook verscheen er dit jaar een boek over de collectie: Rammelaars en rinkelbellen. Dit is de collectie van Heinz Keijser waarvoor ik een artikel over zilveren rammelaars heb mogen schrijven.

3 gedachten over “Een rammelaar ter ere van de geboorte van prinses Juliana”

  1. Waarom hebben sommige rammelaars een fluitje?
    Waar diende dat voor?
    Een groet,A.H. Veer

    1. Luna van Opstal

      Hartelijk dank voor uw vraag. Vanaf eind 16de eeuw worden er fluitjes verwerkt in rammelaars. Net als de belletjes kun je er geluid mee maken. Beide vormen van geluid maken hadden een beschermend effect tegen ‘het kwaad’. Niet zo gek wanneer u bedenkt dat de kindersterfte zeer hoog lag. Nog tot in de 18de eeuw bereikte slechts 50% van de kinderen de volwassen leeftijd. Het merendeel van de kinderen dat voortijd overleed, stierf in het eerste levensjaar. Er was dus genoeg ‘kwaad’ waartegen de pasgeboren baby beschermd diende te worden. Deze bescherming was uiteraard symbolisch, want een pasgeborene zal niet in staat zijn geweest om op het fluitje te kunnen blazen.

      Met vriendelijke groet,

      Lucinda Timmermans

Reacties zijn gesloten.

Scroll naar boven